Circulariteit en de rol van de lichtontwerper 

woensdag 8 februari 2023
Hoe gaan we in de openbare verlichting om met de toenemende behoefte aan circulariteit? In 2017 publiceerde OVLNL een eerste leidraad en door de snelle ontwikkelingen volgde in januari van dit jaar een actualisatie. Bij circulariteit is de rol van lichtontwerper een belangrijke. Het OVLNL Lichtontwerp Atelier brainstormt hierover en we spraken Petra Hulst over de eerste bevindingen.  

De Nederlandse overheid heeft haar circulaire ambities geformuleerd in het Rijksbreed Programma Circulaire Economie. Ze streeft daarin naar het gebruik van vijftig procent minder primaire grondstoffen in 2030 en een volledig circulair Nederland in 2050. In 2017 haakte de OVL-branche hierop aan en schreef de Leidraad Circulariteit OVL. Deze kreeg in januari van dit jaar een update, met een aangepaste R-ladder met de strategieën van circulariteit.  

Belangrijk in die ladder is stap R1, hoe gebruik je minder of andere producten, hoe ga je anders denken? Voor een deel doen leveranciers dat al op productniveau, maar een grote uitdaging ligt ook bij lichtontwerp. De ontwerpfase is minstens zo belangrijk als de recyclefase. Vandaar dat OVLNL verbinding zocht met het Lichtontwerp Atelier, om te kijken hoe je circulair kunt ontwerpen en hoe je de overheid in dat gesprek betrekt.  

Bewustzijn bij de klant creëren  

Petra Hulst, lichtontwerper bij Signify, geeft een inkijk in hoe zij en haar vakgenoten van het Lichtontwerp Atelier naar circulair ontwerpen kijken. Ze concludeerden dat circulariteit soms nog geen onderdeel is van de uitvraag bij overheden. "We zien het als een morele plicht om circulariteit dan zelf in te brengen. Daarom willen we als lichtontwerper ook al zo vroeg mogelijk aanschuiven in het proces, om te zorgen voor bewustwording en advies te geven over de mogelijkheden."

Hulst gaat daarbij in op de fases in het ontwerpen van een lichtplan: gewenst lichtbeeld, omgevingsfactoren, gericht verlichten, het aansturen van verlichten en het gebruik en toepassen van materialen.   

Wat wil je zien en wat niet?  

“Denk eerst na over je gewenste lichtbeeld, hoe wil je dat de ruimte gebruikt gaat worden, wat wil je zichtbaar maken, wat mag donker blijven en op welk moment, welke sfeer wil je? Zorg voor balans en, heel belangrijk, bouw vanaf het donker op. Pas daarna ga je ontwerpen en de richtlijnen raadplegen. Die zijn met zorg opgesteld en belangrijk, maar om te toetsen, niet als uitgangspunt voor het sfeerbeeld op bijzondere plekken in de openbare ruimte."

Van belang is om omgevingsgericht te ontwerpen. “Kijk naar wat er in de omgeving gebeurt, naar hoe je omgevingsfactoren gebruikt. Hoe je bijvoorbeeld reflectie inzet om efficiënter te kunnen ontwerpen. Je kunt veel blijven zien, ook als er niet veel licht wordt gemaakt. Houd bovendien rekening met de materialen die in de omgeving gebruikt worden, zodat je daar een dialoog over kunt hebben.” Als voorbeeld noemt ze het gebruik van donker materiaal, waardoor je meer verlichting nodig hebt.  

Petra Hulst Lichtatelier
Petra Hulst

Duurzaam gericht verlichten   

Bij het gericht verlichten is er veel meer mogelijk tegenwoordig, daar zijn grote kansen ontstaan. "Vergeleken met vijftien jaar geleden hebben we nu een enorme toolbox ter beschikking. Daarbij is kwaliteit en afscherming  belangrijk voor duurzaamheid, biodiversiteit bijvoorbeeld wordt sterk beïnvloed door stedelijke verlichting."

Ze wijst ook hier op de materiaalkeuze. "Een qua materiaal duurzaam armatuur kan qua lichttechniek juist niet duurzaam zijn: bijvoorbeeld slecht afgeschermd, verblindend, slordig sturend. Het zou dan ook niet dat stempel moeten hebben."

In de fase van het nadenken over het aansturen van de verlichting is de centrale doelstelling om niet meer energie te verbruiken dan je nodig hebt. "Daarom moet je altijd dimbaar licht in je ontwerp adviseren." Wat het Lichtontwerp Atelier betreft stellen we verplicht dat armaturen altijd dimbaar (analoog of digitaal) zijn. “Dat zou een grote duurzaamheidsstap zijn. Als je een levensduuranalyse maakt, is de verbruikte energie altijd het meest belastend qua duurzaamheid, ook bij led."

Productgebruik  

Met als uitgangspunt om met zo weinig mogelijk materiaal het gewenste beeld te krijgen, is samenwerken met de architect heel belangrijk, zo kwam uit de eerste brainstorm van het Lichtontwerp Atelier naar voren.   

Kijk daarbij naar het toegepaste materiaal, betoogt Hulst: “Daar is iedereen wel mee bezig. Waar komt dat materiaal vandaan, is het lokaal, komen de producten van leveranciers die al met het thema bezig zijn. Zijn ze eenvoudig uit elkaar te halen, wordt gebruik gemaakt van bijvoorbeeld stand alone solar panelen of 3d print armaturen, allemaal zaken die je als lichtontwerper meeneemt in een goed lichtplan”.   

De lichtontwerpers hamerden erop niet te snel te veel te willen. “Soms wordt geëist dat je helemaal circulair moet, dat kan verlammend werken. Beter is om samen in het hele proces elk stapje te optimaliseren, dan bereik je veel meer.”