Rucphen en Den Haag winnaars NK Tegelwippen

woensdag 6 oktober 2021
timer 3 min
De gemeenten Rucphen en Den Haag zijn de winnaars geworden van het NK Tegelwippen. In de Hofstad werden in totaal de meeste tegels gewipt en in Rucphen de meeste tegels per inwoner. Bij het NK Tegelwippen worden tegels ingeruild voor planten. De editie van dit jaar heeft ervoor gezorgd dat er zo'n 140.000 vierkante meter vergroend is.

In totaal maakten in Den Haag ruim 200.000 tegels plaats voor planten en bloemen. Dat deden Haagse bewoners, organisaties en bedrijven met hulp van Duurzaam Den Haag. Ook de gemeente vergroende op veel plekken. Dinsdag 5 oktober namen Heleen Weening (directeur Duurzaam Den Haag) en wethouder Liesbeth van Tongeren (duurzaamheid, milieu en energietransitie) de Gouden Schep in ontvangst uit handen van Lodewijk Hoekstra.

Wethouders Van Tongeren en Hilbert Bredemeijer waren de drijvende kracht achter de campagne. Van Tongeren: "Het lijkt een klein gebaar om een paar tegels te verwijderen en er groen voor in de plaats te zetten, maar dit helpt echt om onze stad groener, klimaatbestendiger en mooier te maken." Hilbert Bredemeijer: "En we gaan door om Den Haag verder te vergroenen want in november starten we met het uitdelen van 1.400 bomen aan bewoners. Samen maken we Den Haag groener."

Gouden Schep

Hoofdprijs

De gemeente Rucphen gaat ervandoor met de hoofdprijs. Met 989 gewipte tegels per inwoner wint de gemeente De Gouden Tegel. Verantwoordelijk wethouder René Lazeroms van Rucphen is trots op de prestatie van de inwoners: "Dit is een mooie aanmoediging om nog veel meer tegels en stenen te vervangen door groen. Wij gaan ons uiterste best doen om volgend jaar weer te winnen", zegt hij in BN DeStem.

In totaal streden 81 gemeenten om de Gouden Tegel en de Gouden Schep. Het eindresultaat mag er zijn; 1,5 miljoen tegels zijn verruild voor planten. Het NK Tegelwippen heeft ervoor gezorgd dat er zo'n 140.000 vierkante meter vergroend is. Dat staat gelijk aan ongeveer 28 voetbalvelden. De actie wordt onder andere gesteund door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.