Young professional in de openbare ruimte: Thijs Ebbers

Even voorstellen

Ik ben Thijs Ebbers, 33 jaar en werkzaam als projectleider klimaatadaptatie bij de gemeente Winterwijk. 

Waar bestaat je dagelijks werk uit?

Kort gezegd hou ik me bezig met alles wat met hitte, wateroverlast en droogte te maken heeft. Ik beoordeel of projecten voldoen aan zaken die binnen klimaatadaptatie vallen: kunnen we het water kwijt, kunnen we voldoende koelte bieden voor de mensen enzovoorts. Ik zit zowel bij grote als kleine projecten aan tafel. Zo werk ik bijvoorbeeld ook samen met scholen en bewoners om te kijken hoe we bijvoorbeeld de buurt kunnen vergroenen of wateroverlast kunnen aanpakken. Dan is er natuurlijk ook nog de beleidskant, ook daar ben ik zo af en toe mee bezig. Dan kijken we bijvoorbeeld hoe er binnen een gebouw overal zonwering komt. 

Welk pad heb je afgelegd naar deze functie?

Steeds meer gemeenten hebben een projectleider klimaatadaptatie. Dat is een relatief nieuwe functie. Hiervoor heb ik een functie gehad in werkvoorbereiding bij de gemeente. Vervolgens ben ik overgestapt naar deze functie.

Opleiding?

Ik ben begonnen aan de TU Delft, opleiding industrieel ontwerpen. Dit ging vooral om het ontwerpen van producten. Daar kwam ik al geleidelijk aan in aanraking met klimaat, maar ook met duurzaamheid van producten. Dat vond ik al heel erg leuk. Vervolgens ben ik een master civiele techniek gaan volgen. Dat ging meer in op transport, wegen en buitenruimte. De hele mix van duurzaamheid, klimaat, buitenruimte en wegen heeft me dusdanig aangetrokken dat daar wel echt mijn interesse ligt

Wat is je drijfveer in je werk?

Wat me vooral aantrekt in de functie is dat ik echt in the lead ben. Ik kan echt mijn eigen ding doen en zaken zelf bepalen. Het contact met verschillende partijen, van buurtbewoners tot aannemers, vind ik ook erg leuk. Verder ken ik Winterswijk heel erg goed: ik ben er geboren en opgegroeid. Maar vooral ook het feit dat je echt invloed hebt, juist omdat het niet zo’n grote gemeente is. Daarnaast wordt ook echt waardering uitgesproken voor jongere mensen, die verfrissende ideeën hebben. Neemt niet weg dat het voor ons ook heel prettig is dat er wel degelijk mensen werken die al veel ervaring hebben in het vakgebied. Samen versterk je elkaar. 

Welke eigenschappen moeten er in je gereedschapskist zitten?

Als projectleider is het belangrijk om goed te kunnen organiseren, maar ook presenteren is heel belangrijk. Tijdens mijn studie heb ik ook veel moeten presenteren en hoewel dit over andere onderwerpen ging, heb ik daar nu wel profijt van. Verder is creativiteit wel iets waarvan ik denk dat het belangrijk is. 

De kracht van de jonge generatie?

Een jonger iemand kan in mijn optiek vooral specifiek bijdragen in het opperen en bedenken van verfrissende ideeën. Gemiddeld staan jongere mensen wel meer open voor vernieuwing. Verder staan we natuurlijk bol van de energie, wat er ook weer voor zorgt dat er een positieve vibe door de rest van de organisatie gaat. 

Waarom zouden meer jongeren moeten kiezen voor een baan in de openbare ruimte?

Vooral omdat de openbare ruimte echt essentieel is voor onze toekomst. We moeten echt anders gaan denken, er innovatief mee omgaan. Jongeren staan over het algemeen meer open voor vernieuwing en verandering. Ook gaan jongeren denk ik makkelijker mee met de ontwikkelingen in de openbare ruimte. De jongeren denken ook iets meer aan de toekomst, omdat die voor hen waarschijnlijk nog iets langer duurt. 

Heb je al een netwerk weten op te bouwen?

We hebben in de Achterhoek een regiobijeenkomst met andere gemeenten waarin we al onze ideeën uitwisselen. Eens per maand komen we samen en dan zijn er presentaties en kunnen we zaken samen overleggen. Daarbuiten zie ik mensen van andere gemeenten vooral op evenementen. In de gemeenten Arnhem en Nijmegen kom ik nog weleens, omdat ik samen met de Wageningen Universiteit bezig ben met 2120. Dat is een visie waar zij mee bezig zijn op het gebied van waterbodemvisie. Het voordeel van deze grotere gemeenten is dat ze meer mogelijkheden hebben, zowel financieel als qua mensen en inzet. Onder gemeenten is het echt heel fijn om contact te hebben, omdat je dan kennis kunt delen. 

Kennis delen?

Het zou wat mij betreft allemaal nog wel wat efficiënter kunnen. De verschillende lagen werken aan hetzelfde, maar allemaal anders en dus dubbelop. Laten we het dus vooral delen met elkaar, zodat we niet continu opnieuw het wiel hoeven uit te vinden. 

Wat bevalt je aan je werk?

De collega’s vind ik in ieder geval ontzettend leuk. Iedereen helpt elkaar, er is een goede sfeer. Ook buiten het werk om doen we zo nu en dan leuke dingen. Het is extra fijn om in zo’n sfeer te werken, want ik kan hierdoor makkelijker hulp vragen. Een mooie ervaring op zich was een presentatie in Tallinn, Estland, die ik voor de gemeente heb mogen doen. 

Waar geniet je van? 

Waar ik echt van geniet is dat je soms begint met een idee voor een project, dat het tot uitvoering komt, uiteindelijk gereed is, en dat er ten slotte positief op wordt gereageerd. Vaak hoor je wanneer iets niet goed is, maar bij dit soort projecten horen we ook zeker de positieve geluiden en waardering terug. 

Wat kan er beter?

Het vele overleggen vind ik soms wel vervelend. Participatie is heel goed hoor, maar in mijn optiek moet dit toch wel tot op zekere hoogte gebeuren. Want als je dit te veel loslaat, ontstaan er gewoon conflicten tussen buurtbewoners. Het is daarom belangrijk om als gemeente soms wat harder en standvastiger te beslissen wat er gaat gebeuren. De buurtbewoners en andere betrokkenen mogen heus meebeslissen over bepaalde zaken, maar dat moeten dan wel vooraf gestelde zaken zijn. De rest bepalen wij dan als gemeente. Maar dit blijft een lastig punt. 

Trots op?

Dat is een project in samenwerking met een middelbare school. De leerlingen mochten hun wensen uitspreken voor een mooier schoolplein, een schoolplein waar het echt leuk is om te verblijven. Een van de wensen die eruit kwam was een pannakooi. In mei is het project klaar. De scholieren hebben duidelijk laten weten het fijn te vinden dat ze mochten meedenken. Wat het project extra bijzonder maakt is dat de provincie ook nog financieel heeft bijgedragen. 

Grootste uitdaging voor de openbare ruimte

Meer ruimte voor voetgangers en fietsers. Zij zijn nog steeds lichtelijk ondergewaardeerd. De auto krijgt nog te veel aandacht. Verder is het klimaatadaptief maken van de openbare ruimte ook een enorme uitdaging waar we zeker mee aan de slag moeten. 

Hoe kan jij bijdragen? 

Een groot aandeel van de ruimte in een gemeente is eigendom van de gemeente. Wij moeten dan ook zorgen dat alles waar wij verantwoordelijk voor zijn binnen de gemeente, ook zo goed mogelijk uitvoeren

Met een toverstaf zou ik?

Dan zou ik toch echt de auto’s wegtoveren. Daarbij is het natuurlijk wel belangrijk dat er een goed ov-netwerk is. Met een beetje geluk zouden we dan ook veel meer groen in de wijken hebben. De straat moet een gebied worden waar je gewoon kunt wandelen, fietsen, spelen en recreëren. 

Favoriete plek in de openbare ruimte?

Een mooi voorbeeldproject vind ik Arnhem. Daar hebben ze bomen gekapt om koelte vanuit de Veluwe door de stad te kunnen laten waaien. Als je technisch kijkt hoe dat werkt met koude en warme lucht vind ik dat echt een gaaf project. Sowieso doen ze in Arnhem echt ontzettend veel op het gebied van klimaat. Als kleine gemeente is dat bijvoorbeeld niet echt haalbaar, dus dat is zeker een mooi voorbeeld. 

Over 10 jaar?

Ik hoop vooral dat de openbare ruimte dan een stuk groener is. Dat we klaar zijn voor de toekomst. Voor mezelf hoop ik dat ik er over tien jaar nog werk. Natuurlijk wil ik wel mijn horizon verbreden. Ik hoop dus dat dat binnen deze gemeente gaat zijn, en anders wellicht bij een andere gemeente. De functie die ik nu uitoefen vind ik wel echt de leukste functie. In mijn ideale beeld kent iedereen mij straks als de klimaatexpert van Winterswijk. Er liggen in ieder geval uitdagingen genoeg!